De voorlopige berekening Wtl 2024
Ieder jaar ontvangen werkgevers tussen 1 en 15 maart een brief van het UWV met daarin de voorlopige berekening Wtl voor 2024. Tijd om te controleren of de loonaangiften 2024 van jouw organisatie correct zijn ingediend voor het loonkostenvoordeel en het lage inkomens voordeel. Onze specialist Bo vertelt je waar je dit jaar op kunt letten.
Loonkostenvoordelen Wet tegemoetkomingen loondomein
Voor bepaalde groepen medewerkers heb je als werkgever recht op loonkostenvoordelen. Dit is geregeld in de Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl). Op basis van de loonaangiften van een organisatie stelt het UVW de hoogte van de tegemoetkomingen vast.
Het gaat om de volgende voordelen:
- loonkostenvoordeel (LKV),
- lage inkomensvoordeel (LIV)
Controleer en corrigeer loonaangiften voor 1 mei 2025
Uiterlijk 31 juli 2025 wordt de definitieve beschikking Wtl 2024 afgegeven. Correcties die je vóór 1 mei 2025 nog doorvoert in de loonaangiften, neemt het UWV mee in de definitieve beschikking. Controleer de voorlopige berekening dus goed. Incorrecte loonaangiften kunnen ervoor zorgen dat jouw organisatie niet alle beschikbare voordelen ontvangt waar recht op is. Daarnaast kunnen eventuele fouten leiden tot een boete.
Voorlopige berekening Wtl 2024, waar bestaat deze uit?
Op de voorlopige berekening staan de verwachte voordelen die onder de Wtl vallen. Deze zijn berekend aan de hand van de registraties in jouw loonaangiften. Hiervoor gelden een aantal voorwaarden.
Loonkostenvoordeel (LKV)
De volgende groepen komen onder bepaalde voorwaarden in aanmerking voor het loonkostenvoordeel:
- oudere medewerkers met een uitkeringsverleden;
- arbeidsgehandicapte medewerkers;
- medewerkers met een banenafspraak of scholingsbelemmering;
- herplaatste arbeidsgehandicapte medewerkers.
Om van het LKV gebruik te maken, dien je een doelgroepverklaring te hebben van de betreffende medewerker. Zorg ervoor dat dit correct geregistreerd staan in het salarissysteem.
Lage inkomensvoordeel (LIV)
Het LIV is een tegemoetkoming aan werkgevers voor medewerkers met een laag loon, vaak laagopgeleid. Het moet werkgevers stimuleren substantiële banen aan te bieden voor deze groep en deze medewerkers vervolgens te behouden. Je hebt recht op LIV als de medewerker voldoet aan de volgende vier voorwaarden:
- De medewerker is verzekerd voor één of meer van de werknemersverzekeringen;
- De medewerker heeft in 2024 een gemiddeld uurloon van minimaal € 14,33 en maximaal € 14,91;
- De medewerker heeft ten minste 1.248 verloonde uren per kalenderjaar;
- De medewerker heeft de AOW-leeftijd nog niet bereikt.
Let erop dat als een medewerker aan de voorwaarden voor het LKV én LIV voldoet, heb je maar recht op één van de twee tegemoetkomingen.
Ondersteuning nodig bij Loonkostenvoordelen?
Download onze Whitepaper Loonkostenvoordelen en lees meer over de financiële voordelen voor het aannemen en behouden van personeel. Liever ondersteuning van onze HR specialisten bij het controleren van de voorlopige berekening Wtl 2024? Informeer naar de mogelijkheden via info@oaz.nl of bel 088 5600 700.