Aanvullende aanvraagperiode Praktijkleren schooljaar 2019-2020

Tussen 1 juli 2020 en 16 september 2020 konden werkgevers een aanvraag indienen voor de subsidieregeling Praktijkleren, voor schooljaar 2019-2020. Door de gevolgen van de coronapandemie hebben enkele werkgevers zich buiten de deadline gemeld bij RVO. Om deze werkgevers tegemoet te komen, is er nu een mogelijkheid om alsnog deze aanvraag in te dienen.

De Verzamelregeling subsidies OCW COVID-19 is een noodregeling met in artikel 1 een hardheidsclausule, die het mogelijk maakt af te wijken van bepalingen in subsidieregelingen. Het afwijken is echter wel aan strikte voorwaarden gebonden. Zo moet het glashelder zijn dat het niet tijdig indienen van de subsidieaanvraag direct gelinkt kan worden aan de corona-uitbraak. Werkgevers die zich tot 14 dagen na het sluiten van de deadline hebben gemeld bij RVO krijgen nu alsnog de mogelijkheid deze subsidie aan te vragen.

Aanvullende aanvraagperiode Praktijkleren, wat zijn de vereisten?

De werkgevers die zich binnen 14 dagen na het sluiten van het aanvraagloket hebben gemeld bij RVO, zullen door RVO worden benaderd. Ze zullen vervolgens in de gelegenheid worden gesteld om tussen 3 mei 2021 09:00 uur en 21 mei 2021 17:00 uur een aanvraag in te dienen over het schooljaar 2019 – 2020, mits ze voldoen aan de hardheidsclausule uit artikel 1.

De subsidieaanvraag moet worden ingediend worden via de door RVO beschikbaar gestelde formulieren, via het e-mailadres verzamelregeling_pl@rvo.nl. Alle voorwaarden omtrent deze regeling zijn gepubliceerd in de Staatscourant.

Onderbouwing beroep op hardheidsclausule

De werkgever moet in ieder geval kunnen aantonen dat:

  1. Het niet tijdig indienen van de aanvraag direct gevolg was van de corona-uitbraak. Een combinatie van factoren waarbij corona een van de factoren was, leidt niet tot een gegrond beroep. De werkgever moet kunnen aantonen hoe corona het indienen van de aanvraag, voor het sluiten van het loket, heeft belet.
  2. Er sprake is van een ’onbillijkheid van overwegende aard’ indien niet alsnog subsidie zou worden verstrekt. De werkgever toont aan dat hij financiële schade lijdt indien hij niet voor subsidie in aanmerking komt en welke gevolgen dit heeft voor het bedrijf.

Een beroep op de hardheidsclausule kan alleen worden gehonoreerd wanneer de bovenstaande punten met schriftelijke bewijzen kunnen worden aangetoond. Voorbeelden van dergelijke bewijzen zijn interne- of externe berichtgeving waaruit blijkt dat het bedrijf gesloten is vanwege een corona-uitbraak, of financiële documenten waaruit de schade blijkt.

Meer weten?

Zoek je hulp met je aanvraag Praktijkleren of wil je hier meer over weten? Neem dan contact op met onze specialist Praktijkleren Suzie Rohling via info@oaz.nl of bel direct 088 5600 700.